Friday, February 15, 2008

Mevrouw Couperus

Terug naar de hypnosebibliotheek
©Johan Eland

De schrijver en literatuurcriticus Lodewijk van Deijssel noemde Louis Couperus eens een ‘Freule’. Hij doelde daarmee op de homoseksualiteit van de schrijver. Couperus trouwde in 1891 met zijn nicht Elisabeth Baud met wie hij al sinds hun kindertijd bevriend was. Zij deelden vooral hun belangstelling voor letterkunde.
In de onlangs verschenen roman ‘Mevrouw Couperus’ fantaseert schrijfster Sophie Zijlstra hoe Elisabeth Baud als echtgenote van de grote schrijver Couperus diens homoseksualiteit besefte en beleefde.

De arme doedel
In het voorjaar van 1900 kreeg Elisabeth Couperus, 33 en bijna 10 jaar getrouwd met Couperus gezondheidsklachten. Couperus schreef aan zijn uitgever: ‘Mijn vrouw loopt iets beter, maar is erg neerslachtig en heeft melancholieke buien.’ Dankzij ’suggestie en hypnose’ van ene Dr. Bende, kwam daar na een paar maanden verbetering in, zodat de bezorgde echtgenoot zijn nichtje Constance kon laten weten dat Betty veel beter was. ‘Verbeeld je, het was geen reumatiek, maar het waren zenuwen, van louter nerfjes kon zij niet lopen, de arme doedel.
Tijdens de bezoeken aan dokter Bende ontwikkelt zich de rode draad van ontdekking en verwerking van Couperus’ homoseksualiteit.
Interessant is hoe Zijlstra zich de hypnotische behandelingen voorstelt en minstens zo opmerkelijk is dat de recencenten van ‘Mevrouw Couperus’ dat voor zoete koek slikken.
De inductie gaat in ongeveer tien minuten met als hulpmiddel een amulet. Mevrouw Couperus’ benen zijn verlamd en de dokter stelt vooral vragen. Hij wil haar zich het begin van de verlamming laten herinneren en – uniek?- laat tijdens de behandeling alles noteren door Elisabeth Couperus-Baud zijn assistent/secretaresse. Het volgende consult wordt het verslag door dokter en patiënt gelezen, besproken en door beiden geparafeerd. Interessant maar, ook voor die tijd, geen aannemelijke hypnosebehandeling. Veel meer doet het denken aan psychoanalyse maar dat is het evenmin zodat de behandelingen van Zijlstra zijn als de vleermuis: bij de muizen niet geliefd en bij de vogels niet gekend.
In haar literatuurverantwoording somt de schrijfster de boeken op die ze las van en over Couperus. Ook las ze van Sigmund Freud ‘Studies over hysterie’. In haar naschrift schrijft ze ‘om het ziektebeeld en de genezing van Elisabeth goed te begrijpen heb ik S. Freud gelezen over zijn patiënte Anna O…..”Ook heb ik de manier waarop S. Freud Anno O. behandeld heeft als uitgangspunt genomen.”
De behandeling van 21-jarige Bertha Pappenheim, zoals haar werkelijke naam luidde, vond plaats tussen 1880 en 1882. Zij werd tijdens de verzorging van haar aan tuberculose lijdende vader ziek en ontwikkelde een veelvoud van symptomen waaronder de verlamming van één kant van haar lichaam.
Dat Zijlstra iets van Freud gelezen heeft moeten we geloven maar dat ze ook las hoe Freud Anna O. behandelde lijkt een dichterlijke vrijheid: Anna O. was immers een patiënt van Freuds leermeester en collega Joseph Breuer. In In zijn verslag over Fräulein Anna O. vermeldt Breuer al direct dat zijn patiënte zeer kritisch is en daardoor ‘completely unsuggestible’. Een mededeling die de hypnotiserende artsen in de tijd van Dr. Bende weinig hoopvol gestemt moet hebben. Hun aanpak was immers vooral gebaseerd op het ‘wegsuggereren’ van de ziekte.
De verleiding om bij mevrouw Couperus allerlei overeenkomsten met Anna O. te zien is groot. Hier kunnen we volstaan met de constatering dat het ziektebeeld van Anna O. en haar omstandigheden in de verste verten niet lijken op die van Elisabeth Couperus. Zijlstra schrijft ‘In incidentele gevallen was het nodig de feiten los te laten. Dat kon omdat ik een roman schreef en geen biografie.”
Daarmee volbracht ze een huzarenstukje: een boek schrijven waarin de hypnose een belangrijke rol speelt zonder ook maar één boek erover open te slaan.
Er zijn weinig moderne romans waarin de hypnose een realistische rol speelt en het boek van Zijlstra is in dit opzicht een gemiste kans. Blijft over een onderhoudend boekje als aansporing aan hen die meer bekend zijn met de hypnose om een werkelijk realistische moderne hypnoseroman te schrijven.

Sophie Zijlstra Mevrouw Couperus
2007, Uitgeverij Contact Amsterdam/Antwerpen
1ste druk, paperback. ISBN 978 90 254 2289 9

Literatuur
Breuer, Josef & Sigmund Freud, Studies on hysterie
The International Psycho-analytical Library No.50, 1956, The Hogarth Press, London
Clark, R.W., Freud, the man and the cause, A biography
1980, Random House New York.
Schoenewolf, G., Turning points in analytic therapy, The Classic Cases
1990. Jason Aronson, London

Terug naar Lilith's webwinkel

© J.E.

No comments: